woensdag 25 oktober 2017

De #MeToo discussie wakkert de angst voor vrouwen alleen maar verder aan



De #MeToo discussie wakkert de angst voor vrouwen alleen maar verder aan

Het is nog niet zo gek lang geleden dat de wereldbevolking vocht voor een vrijere leefomgeving. Men wilde onder het juk van de strenge Katholieke Kerk uit. Om dat te bekrachtigen ging men massaal aan de drank en drugs, luisterde naar rock ’n roll muziek en werd bloot de nieuwe maatstaf. Dit alles was tegen het zere been van de Kerk, die het liefst zag dat vrouwen zo jong mogelijk zouden trouwen en aan kinderen begonnen. Het waren de jaren ’60 en ’70 waarin naakt de nieuwe maatstaf was.

Dat druppelde nog even door in de jaren ’80 en  ’90 maar daarna was het al snel voorbij: Internet deed zijn intrede en voortaan moesten we leven volgens Amerikaanse wetten en die worden opgesteld in overleg met c.q. door de kerk, of strenggelovige politici. Met het verschijnen van de Vijftig Tinten Grijs-serie leek het erop alsof de samenleving weer los leek te komen van die nieuwe preutsheid. Maar schijn bedriegt: Het is gedaan met de vrijheid. Voortaan moeten we geloven dat naakt het equivalent dat vies is, en dat seks eigenlijk alleen maar wordt bedreven ná het huwelijk en alleen om kinderen te maken. Voor vrije seks en naakt ben je aangewezen op commerciële internetkanalen of YouPorn.

Er heerst een nieuwe preutsheid in onze samenleving en de wereldwijde #MeToo discussie maakt dat allemaal niet eenvoudiger. Goed, mannen die zich ongewenst opdringen aan een vrouw mogen hun straf niet ontlopen. Goed, als een vrouw wordt aangerand of verkracht moet ze de kans krijgen om naar de politie te gaan om aangifte te doen. Maar de dreiging daarvan maakt mannen eigenlijk alleen maar onzekerder over wanneer ze een vrouw kunnen benaderen. Mag een man überhaupt nog een complimentje maken zonder dat de man over een paar jaar aan de rechter moet uitleggen dat het allemaal niet zo bedoeld was? Is onze maatschappij hiermee niet in een nieuwe preutsheid beland, die veel verder gaat dan de streng religieuze regels van Apple, Google en Facebook?

Vervolg op die discussie is of we ooit nog erotische series kunnen bekijken. Series waarin stelletjes bloot met elkaar vrijen, zonder dat er dekens over de lichamen zijn gedrapeerd. Zien we ooit nog series zoals Chemistry (2011), Co-ed Confidential (2008) of Erotic Confessions (1996). Kunnen we ooit nog genieten van naakte vrouwenlichamen zoals in Femme Fatales  (2011), Life on Top (2009) of The Erotic Traveler (2007)? Wordt de vrouw niet teveel op een voetstuk geplaatst? Moeten we niet terug naar de jaren ’60 en ’70, waarin seks nog gewoon vrij was en daarmee het leven ook een stuk aangenamer? In de jaren ’80 werd er geen Nederlandse speelfilm gemaakt zonder dat daar een paar blote vrouwenborsten in voor kwam. Zelfs in reclameboodschappen mochten blote vrouwenborsten niet ontbreken, anders werd het product simpelweg niet verkocht (Wasa Knäckebröd, FA douchegel). Tegenwoordig begint de maatschappij te steigeren wanneer er een paar blote vrouwenborsten op het scherm verschijnen.

De #MeToo discussie wakkert de angst voor vrouwen alleen maar verder aan.

Sandra Luesse en Oscar Rodrigues in Co-Ed Confidential (2008)

In een wereld zo perfectionistisch als de onze werpt De Finse Postcode een blik in de nabije toekomst. Het is een toekomst waarin de man in het leven van een vrouw een bijrol vervult. Het is een geheimzinnige wereld. Hoe kan deze geheimzinnige wereld bestaan? Wie houdt deze schaduwwereld in stand? Is dit de wereld waarin we morgen wakker willen worden?

'De Finse Postcode' is een geregistreerde handelsnaam van HQ/e.

vrijdag 21 juli 2017

Een spermadonor is geen vader

Wie een spermadonor een vader noemt, wekt verkeerde verwachtingen, weet Eva Bouman. Toch wordt ook zij steeds nieuwsgieriger naar de donor van haar dochter.

17 juli 2017
Eva Bouman is moeder van een donorkind.

„Waar is jouw papa?”, vroeg het 5-jarige buurmeisje aan mijn 2-jarige dochter. „Ik geen papa, ik mama”, antwoordde zij. „Dat kan niet, je hebt altijd twee”, zei het buurmeisje. Mijn dochtertje dacht even na en zei: „Ik mama en Eva.” Een slimme oplossing, want mijn naam is Eva en ik ben solomoeder. Tevreden leunde ik achterover.

Toen het meisje er nog een keer op terugkwam, zei mijn dochtertje: „Mijn papa is doof!” Ze bedoelde waarschijnlijk ‘dood’, zonder die betekenis te begrijpen, maar het had een reuze effect; het buurmeisje vond het zo zielig dat ze zich direct over haar ontfermde; mijn dochter wentelde zich stralend in haar armen. Dit was dus nog niet het moment om haar te vertellen dat ze geen vader had.

    Ga ik haar dan vertellen dat ze geen vader heeft, geen papa, enkel een donor?

Mijn dochter is een donorkind, via een donorbank. Ik had niet verwacht dat de woorden ‘vader’ en ‘papa’ al zo vaak in ons kersverse mini-familieleven zouden vallen. Op de crèche ziet ze iedere dag papa’s en dus zocht ze ook naar een papa. Eerst waren mijn goede vrienden haar papa. Daarna werden het willekeurige mannen. Een keer, in de tram, zei ze zo vaak „papa” tegen een passagier dat hij me vroeg of hij op haar vader leek. Ik antwoordde dat ik dat niet wist. Ongemakkelijke stilte. Een tijdje zag ze in Donald Trump haar vader; elke keer als ze hem op televisie zag, riep ze verrukt „PAPA!” – tot grote hilariteit van familie en vrienden.

Donorkinderen en hun donoren zijn de afgelopen tijd volop in de aandacht geweest. Een aantal donorkinderen vermoedt dat de directeur van spermakliniek MC Bijdorp hun biologische vader is – zij krijgen niet alleen inzicht in zijn administratie, ook zijn er spullen van de inmiddels overleden directeur in beslag genomen om te laten onderzoeken op DNA. En demissionair minister Edith Schippers (Volksgezondheid, VVD) wil het makkelijker maken voor donorkinderen om hun halfbroers en halfzussen te vinden.
Anonimiteit

Als moeder van een donorkind voel ik mij betrokken. Het valt me op dat steeds meer donorkinderen op zoek zijn naar hun donor of, zoals ik het ze het vaak hoor benoemen, hun ‘vader’. Bij Spoorloos, EenVandaag en Nieuwsuur kwamen donorkinderen aan het woord die de zoektocht zijn begonnen. In kranten verschijnen interviews van kinderen die hun donor of halfzussen en -broers hebben gevonden. Ook las ik inmiddels twee interviews van donoren die uit de anonimiteit wilden treden.

Soms lukt het donorkinderen om via vele omwegen en buitenlands DNA-onderzoek hun donor op te sporen. Minister Schippers riep anonieme donoren – tot 2004 waren donoren anoniem – op om zich bekend te maken. Een goede zaak, zelfs begrijpelijk vanuit het perspectief van donorkinderen die op zoek zijn naar of worstelen met hun afkomst. Maar ook bij de minister viel het woord ‘vader’. Ze vond het belangrijk „dat deze kinderen hun vaders leren kennen”.

Vaders? Waarom wordt er zo vaak gesproken van vaders, waar het anonieme donoren betreft? Vaders zijn eerder mannen/papa’s die bij de opvoeding van hun kind betrokken zijn. Anoniem donorschap heeft heel weinig te maken met vaderschap. Het zal deze kinderen mogelijk verkeerde verwachtingen geven.

Ga je een donortraject in, dan volgen gesprekken met maatschappelijk werkers op de donorkliniek. Zij vertellen je hoe je aan je kind kunt uitleggen hoe hij of zij is ontstaan en wat je kunt zeggen als ze vragen waar ‘papa’ is. Het kwam erop neer dat je het best eerlijk en kort kunt zijn in je antwoord. Dus: „Nee, je hebt geen papa”, hoewel je je kind gevoelsmatig graag alles wil geven wat het wenst. En ook: „Je hebt een donor, een meneer die ons een zaadje heeft gegeven, zodat je geboren werd en bij mij kunt wonen.”
Normatief idee

Waarom is het zo ongemakkelijk als donoren vaders worden genoemd? Misschien omdat er meestal wordt uitgegaan van het normatieve idee dat een gezin als entiteit in de basis uit drie personen bestaat. Waarbij vaak ook nog sprake is van een klassieke genderverdeling: een man (vader), een vrouw (moeder) en een kind. Terwijl de minimale basisvorm van een gezin bestaat uit één ouder en één kind.

Om die reden is het krampachtig om vast te houden aan dat normatieve idee van het gezin, als mensen het blijven hebben over de tweede ouder als een persoon die ‘zou ontbreken’ (of het nu een moeder of een vader is). In een gezin waarbij er twee moeders of twee vaders zijn, wordt het vaak nog nodig gevonden om het te hebben over die ‘ontbrekende maar toch ergens aanwezige’ derde ouder, namelijk de ouder van een ander gender. Maar in zo’n gezin zelf is vaak geen gevoel of realiteit van ‘incompleetheid’, in de zin van een ‘missende ouder’.

Door alle recente media-aandacht, de oproep van minister Schippers maar vooral door mijn eigen dochtertje sta ik aan het begin van uitleg, verantwoording, toelichting. Want als mijn kind nu al vragen krijgt van vriendinnetjes op straat, moet ik niet gek opkijken als zij die vragen straks bij mij neerlegt. Ga ik haar dan vertellen dat ze geen vader heeft, geen papa, enkel een donor?

    De donor lijkt een intiemere rol in onze samenleving te krijgen

Ik vind de gedachte moeilijk dat ik met haar over donoren of biologische vaders begin, omdat het zulke klinische termen zijn. Maar hoe dan wel? Zal ik het woord ‘donor’ misschien meer moeten aankleden, terugbrengen naar zijn oorspronkelijke betekenis, en het met haar moeten hebben over ‘een donor’ in de mooie zin van het woord; namelijk iemand die het leven heeft gegeven? En vanaf welke leeftijd zal ze dit begrijpen?

Dat het onderwerp nu meer bespreekbaar wordt, is goed, helemaal voor donorkinderen die worstelen met hun identiteit. Ook op geboortekaartjes van donorkinderen zie je opeens een bedankje aan de donorbank of aan de anonieme donor. Zo lijkt de donor een intiemere rol in onze samenleving te krijgen. Iets waar ik eerder niet bij stilstond en ook nog lang niet over uitgedacht ben.

Het valt me bij mijn dochter ook op, nu ik haar zo’n leuk en lief kind vind, dat ik steeds vaker benieuwd ben naar de donor en heel sympathieke gedachten bij hem heb. Als ik dat al heb, hoe kan ik dan verwachten dat het mijn dochter koud zou laten?

Bron: NRC

In een wereld zo perfectionistisch als de onze werpt De Finse Postcode een blik in de nabije toekomst. Het is een toekomst waarin de man in het leven van een vrouw een bijrol vervult. Het is een geheimzinnige wereld. Hoe kan deze geheimzinnige wereld bestaan? Wie houdt deze schaduwwereld in stand? Is dit de wereld waarin we morgen wakker willen worden?

'De Finse Postcode' is een geregistreerde handelsnaam van HQ/e.

donderdag 4 mei 2017

Nederlanders maken te weinig baby's



In een wereld zo perfectionistisch als de onze werpt De Finse Postcode een blik in de nabije toekomst. Het is een toekomst waarin de man in het leven van een vrouw een bijrol vervult. Het is een geheimzinnige wereld. Hoe kan deze geheimzinnige wereld bestaan? Wie houdt deze schaduwwereld in stand? Is dit de wereld waarin we morgen wakker willen worden?

'De Finse Postcode' is een geregistreerde handelsnaam van HQ/e.
 

dinsdag 31 januari 2017

Daten na je dertig: deze vrouw heeft tips voor je

Toen de Australische Iona Yeung haar relatie onverwacht zag eindigen toen ze 31 was, raakte ze in paniek. Maar ze bleef niet bij de pakken zitten en begon opnieuw te daten, met vallen en opstaan. Haar ervaringen deelt ze op haar blog, 30 Ever After.

Onverwacht weer single zijn op 31, het was niet hoe Iona zich haar leven had voorgesteld. “Ik werd vaak wakker in het midden van de nacht, doodsbang dat ik nooit meer iemand zou tegenkomen”, vertelt ze aan Daily Mail Australia. “Wanneer je iedereen rondom je ziet trouwen, is het geen wonder dat je panikeert en denkt dat je alleen zal achterblijven.”

In plaats van te blijven panikeren, besloot Iona haar zorgen aan het internet toe te vertrouwen. Op haar blok ‘30 Ever After’ vertelde ze eerlijk over single zijn en daten na je dertig. Drie jaar later noemt ze zichzelf relatiecoach voor single vrouwen én is ze verloofd met een man die ze leerde kennen via een datingapp.

“Er staat meer op het spel als je aan het daten moet na je dertig”, zegt ze. “Maar eens ik het vanop een afstand bekeek, leerde ik dat ik niet bang mocht zijn om alleen te blijven. Zo zou ik de verkeerde types aantrekken”. Ze nam een hobby, swingdansen, om haar sociaal leven opnieuw op de rails te krijgen. “Toen ik twee jaar later opnieuw ging internetdaten, ging het opnieuw beter met mij”.

Uit haar avontuur leerde Iona een aantal levenslessen, die ze deelt op haar blog .

- “Ga niet op zoek naar iemand die je wil redden, ga er niet van uit dat zulke helden rondlopen”

- “Wees je eigen held en hou rekening met wie je bent, zodat je de juiste personen aantrekt.”

- Veel dertigers lopen rond met negatieve gevoelens. Vooral vrouwen vinden dat er te weinig goede mannen rondlopen. Probeer die negativiteit te bannen, want ze zit in de weg van wat je eigenlijk wil. Laat je geen schrik aanjagen door vriendinnen die medelijden hebben of je willen koppelen aan hun ‘énige vriend die nog single is ”.

- “Leg jezelf geen druk op: niet elke man met wie je afspreekt, moet ‘de ware’ zijn”.

- “Ga zijn berichten niet overanalyseren. Zie ze als een manier om te converseren, niet als een essay dat zijn onderliggende gedachten blootlegt.”

- “Stuur zelf overzichtelijke berichten: focus op één boodschap en gooi niet alles door elkaar in een vreselijk lang bericht”.

- “Denk na over hoe je berichten overkomen bij de andere. Als je teleurgesteld bent omdat iemand je al voor de tweede keer heeft laten zitten, zeg dan beleefd hoe jij je daarbij voelt. “Ik begrijp dat je werk belangrijk is, maar als onze date zo vaak uitgesteld wordt heb ik het gevoel dat jouw prioriteiten anders liggen. Kan dat?” komt anders over dan “Laat je me weer zitten? Ik wou dat je me nooit had uitgevraagd”.

Bron: Nieuwsblad.be


In een wereld zo perfectionistisch als de onze werpt De Finse Postcode een blik in de nabije toekomst. Het is een toekomst waarin de man in het leven van een vrouw een bijrol vervult. Het is een geheimzinnige wereld. Hoe kan deze geheimzinnige wereld bestaan? Wie houdt deze schaduwwereld in stand? Is dit de wereld waarin we morgen wakker willen worden?

'De Finse Postcode' is een geregistreerde handelsnaam van HQ/e.